De Minister van Landsverdediging van het Koninkrijk België;
De Minister ven Defensie van het Groothertogdom Luxemburg;
De Minister van Defensie van het Koninkrijk der Nederlanden:
De trilaterale samenwerking tussen het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden is sinds lange tijd een lichtend voorbeerd op het vlak van samenwerking in Europa. Op vele gebieden heeft de BENELUX zijn waarde bewezen en dit geldt ook in toenemende mate op veiligheids- en defensiegebied.
Het spanningsveld tussen operationele behoeften enerzijds en krimpende defensiebudgetten anderzijds heeft gereid tot het zogenaamde Gent-Initiatief, dat in EU-verband een uitbrelding van de defensiesamenwerking nastreeft. Volgens dezelfde gedachtegang en vanuit de gezamenlijke bezorgdheid om de doelmatigheid van onze defensie-inspanningen te verbeteren, hebben we besloten verder te bouwen op de BENELUX overeenkomst van 1987 betreffende samenwerking en coördinatie op defensiegebied. Het is onze gemeenschappelijke doelstelling om de militaire doeltreffendheid te verhogen door onze strijdkrachten dichter bij elkaar te brengen, kosten waar mogelijk te delen en de output te vergroten ten gunste van onze operationele capaciteiten.
We zijn klaar om verder te bouwen op de geintegreerde Belgisch-Nederlandse maritieme samenwerking als voorbeeld om onze samenwerking op defensiegebied verder verbreden en te verdiepen.
Het centrale uitgangspunt voor dit samenwerkingsverband is het behoud van de autonomie voor de verwezenlijking van het nationale ambitieniveau. verder zullen we streven naar een gunstige kosten-batenbalans.
Wij mandateren de politiek-militaire BENELUX Stuurgroep om de werkzaamheden namens ons te leiden. Wij moedigen het opzetten van verdere samenwerkingsmechanismen en werkgroepen op andere niyeaus aan, die aan de stuurgroep zullen rapporter. Regelmatige gezamenlijke rapportages zullen ons in staat stellen de vooruitgang te beoordelen en beslissingen te nemen waar nodig.
We respecteren bestaande samenwerkingsverbanden en we staan ervoor open om ons met andere paftners te associëren of om hen in onze respectievelijke initiatieven op te nemen We zullen ons ook inzetten om gezamenlijke standpunten na te streven binnen andere multinationale samenwerkingsinitiatieven, wanneer dit opportuun geacht wordt.
Met betrekking tot de ontplooiing van middelen en troepen voor multinationale crisisbeheersingsoperaties verbinden wij ons ertoe om elkaar vanaf een vroeg stadium in te lichten over dergelijke beslissingen.
Op dit ogenblik identificeren wij de volgende gebieden voor samenwerking:
- logistiek en onderhoud;
- opleiding en training;
- uitvoering van militaire taken;
- aanschaf van materieel.
Binnen deze algemene context zullen we gezamenlijk haalbaarheidsstudies uitvoeren om de weg voor te bereiden voor het nemen van beslissingen op korte termijn over:
1. gezamenliik onderhoud en operationele samenwerking met betrekking tot de NH90 helikopter;
2. synergie op het gebied van Air Policing (inclusief Quick Reaction Alert en Renegade);
3. gezamenlijke uitvoering van training van parachutisten op één locatie;
4. mogelijkheden om andere oefen- en trainingsinstallaties te delen en/of een taakverdeling op te stellen op het gebied van professionele opleiding en training in de domeinen vernoemd in bijlage.
Het vertrekpunt van deze haalbaarheidsstudies is het voorbereidende werk dat onze defensiestaven gedurende de afgelopen maanden ondernomen hebben.
Wij zullen voorts verkennende studies verrichten naar:
l. samenwerking tussen onze landstrijdkrachten, in het bijzonder tussen de Nederlandse Luchtmobiele Brigade en de Belgische Lichte Brigade en mogelijk ook met het Nederlandse Korps Mariniers;
2. mogelijkheden voor gezamenlijke aanschafl, standaardisatie en interoperabiliteit, gebaseerd op de respectievelijke investeringsplannen op lange termijn en rekening houdend met succesvolle lopende proiecten zoals het Soldier Modernisation Programme en het Wideband Global SATCOM Programme,
We zullen gezamenlijke trainingsactiviteiten plannen ter voorbereiding op de European Union Battle Group 2014-2 onder Belgische leiding mede met als oogmerk de voordelen van de BENELUX-samenwerking aan te tonen. In het bijzonder beogen we de toegevoegde waarde inzake interoperabiliteit te benadrukken van het gezamenlijke Soldier Modernisation Prog ramme.
Gedaan te Brussel op 18 april 2012
De Minister van Defensie van het Koninkrijk der Nederlanden
Hans HILLEN
De Minister van Defensie van het Groot-Hertogdom Luxemburg
Jean-Marie HALSDORF
De Minister van Landsverdediging van het Koninkrijk België
Pieter DE CREM
Bijlage
Mogelijkheden om oefen- en trainingsinstallaties te delen en/of een taakverdeling op te stellen met betrekking tot professionele opleiding en training in de volgende domeinen:
1. Overleving: het aanleren en oefenen van overlevingstechnieken voor de bemanning van vliegtuigen;
2. Informatie-operaties: samenwerking onder meer op het vlak van de operatieveiligheid;
3. Countering Improvised Explosive Devices (C-IED): samenwerking met het oog op het delen van expertise om zich beter te beschermen tegen de IED-dreiging;
4. Intelligence, Surveillance, Target Acquisition and Reconnaissance (ISTAR): de gezamenlijke opleiding en training van ISTAR-capaciteiten;
5. Civiel-Militaire samenwerking (CIMIC): het uitwisselen van expertise en het gezamenlijk opleiden en oefenen van capaciteiten die de heropbouw van de civiele maatschappij in het operatietheater ondersteunen;
6. Explosive Ordnance Disposal (EOD): het uitwisselen van expertise en het gezamenlijk opleiden en oefenen in het domein van de neutralisatie en opruiming van ontploffingstuigen;
7. Duikactiviteiten: de gezamenlijke vorming en training van duikers;
8. Chemical, Biological, Radiological and Nuclear Defence (CBRN): de gezamenliike opleiding en training in het CBRN domein;
9. Vuursteun: de gezamenlijke gereedstelling van artillerie en mortieren;
10. Medische steun: het uitwisselen van expertise en het gezamenlijk opleiden en oefenen van het medisch technisch personeel;
11. Unmanned Airtaft Systems (UAS): samenwerking met het oog op het delen van expertise en het gezamenlijk opleiden en trainen van UAS-capaciteiten.
(ministerie van Defensie, 14 mei 2012)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten