vrijdag 31 augustus 2012

Marine blog: De Rotterdam op piratenjacht

Vertrek

27 augustus 2012 - door: Anne-Susan

Nadat alle afscheidstranen waren gedroogd kon ik op 11 juli met een gerust hart aan boord van Hr. Ms. Rotterdam stappen om mee te gaan op dit 5,5 maanden durende avontuur samen met 350 collega’s. Bijna alle krijgsmachtdelen zijn vertegenwoordigd en de Rotterdam is wat ze noemen een paars schip geworden. Dat wil zeggen dat de landmacht, luchtmacht en marine op 1 plaats samenwerken. Heel veel nieuwe gezichten dus. Maar zoals het spreekwoord zegt: hoe meer zielen hoe meer vreugd ;-)

Oefenen
Nadat iedereen aan boord was en het gelukkig nog prachtig weer werd, was het zover: we vertrokken. De hele kade stond vol met mensen die ons uitzwaaiden. Vanaf het moment dat we de verkenner (laatste boei van de vaargeul naar en van Den Helder) passeerden volgden 2 weken van brandoefening na brandoefening, weinig slaap, veel schieten en nog tal van andere oefeningen. Daarna zijn we door het Suez-kanaal gevaren en kwam Somalië in zicht.

Hr.Ms. Rotterdam, FRISC, Cougar-helikopter

Hitte
Wat het grootste omslagpunt voor ons allemaal was, was de hitte. 45 graden met bijna 100% luchtvochtigheid is niet niks. Maar het went gelukkig. Nadat we nog geen 2 weken in het gebied rondvoeren kwam de melding dat er een gekaapt schip bij ons in de buurt was. Wij zijn er op af gegaan en iedereen moest op z’n post. Ik vond het allemaal best spannend eigenlijk. Dit is niet iets wat je dagelijks meemaakt. Gelukkig is iedereen en alles er zonder kleerscheuren van afgekomen en kon de bemanning van het gekaapte schip weer veilig doorvaren. Ik kon mijn bezwete lichaam (want geloof me, met 45 graden buiten staan compleet gekleed in helm, lange mouwen, handschoenen en scherfwerend vest gaat je niet in de koude kleren zitten) een lekkere douche geven.

Koud was het helaas niet echt, want met bijna 35 graden zeewatertemperatuur is koud water alleen maar in de koelkasten te vinden. Het is wel heerlijk om in te zwemmen. We kregen van onze commandant allemaal een 2 uur durende water- en zwempretsessie in het dok.

Het gebied waar wij liggen staat erom bekend dat er regelmatig haaien en andere grote zeedieren aanwezig zijn, maar gelukkig was de dok deur gesloten dus hoefden we ons daar geen zorgen over te maken. Alleen collega’s die elkaar bij de enkels grepen zorgden nog wel eens voor hartverzakkingen en slokken zeewater in neus en mond.

Sea-life
Iets wat ook altijd terugkeert is het sea-life dat er te zien is. Volwassenen die als kleine kinderen staan te glunderen als er een groep dolfijnen voor het schip uitspringt en zwemt. Ik heb nooit zoveel geluk, dolfijnen spotten lukt meestal nog wel, maar bij walvissen gaat het meestal zo van: “Kijk een walvis!!!!” Ik:”Waar??”’ ”Kijk daaaaar!!!!  Oh nu is hij er niet meer.” Hè, verdorie weer gemist…voor de 3e keer. Maar goed, we hebben nog 4 maanden te gaan...

(Koninklijke Marine, 27 augustus 2012)




Mariniers in 2017 naar Vlissingen

De nieuw te bouwen marinierskazerne in Vlissingen wordt volgens de planning in 2017 in gebruik genomen en gaat Michiel Adriaanszoon de Ruyterkazerne heten. De huidige Van Braam Houckgeestkazerne in Doorn en het ook gebruikte Logistiek Complex Maartensdijk worden afgestoten en verkocht.

De huidige kazerne is al enige jaren toe aan een grootschalige en kostbare renovatie. Daarnaast kampt de kazerne met onoplosbaar ruimtegebrek. Dus ook na een renovatie moet een deel van het materieel op een andere locatie worden opgeslagen. Zodoende is Defensie op zoek gegaan naar alternatieve huisvesting voor het Korps Mariniers. Nadat de toenmalige luchtmachtbasis De Peel en de Nassau Dietzkazerne in Budel afvielen als alternatief kwam Zeeland in beeld.

De exploitatielasten van de nieuw te bouwen kazerne zijn beduidend lager dan die van een gerenoveerde Van Braam Houckgeestkazerne. Het financiële voordeel loopt op tot structureel € 2,7 miljoen per jaar vanaf 2026. Daarnaast vormt de komst van de kazerne een belangrijke economische en demografische impuls voor het krimpgebied dat Zeeland is.

Voldoende ruimte
De nieuwe kazerne op de locatie Buitenhaven komt naast de bestaande marinekazerne. Met 70 hectare is hier meer dan voldoende ruimte beschikbaar om het volledige Mariniers Trainingscommando en de mariniersbataljons, inclusief ondersteuning, opslag en stalling, te huisvesten. Een ander groot voordeel is dat de mariniers hun specialiteit, amfibisch optreden, in de nabijheid van de nieuwe kazerne kunnen beoefenen.

Schietbanen
Er komen woon- en werkfaciliteiten voor 1.788 personeelsleden en onderhoudscapaciteit voor wapens, verbindingsmiddelen en voertuigen. Ook komen er 2 schermenschietbanen, van 300 en van 25 meter en een klein kaliber wapensimulator.

De nieuwe kazerne is vernoemd naar de legendarische Hollandse admiraal en grondlegger van het korps zeesoldaten. De in Vlissingen geboren De Ruyter besloot in 1665, samen met raadspensionaris Johan de Witt, tot de oprichting van het korps.

Behoeftestelling Marinierskazerne Zeeland

(ministerie van Defensie, 31 augustus 2012)

Nederland stationeert mariniers op St. Maarten

Op St. Maarten worden vanaf volgend jaar permanent 26 mariniers gestationeerd. Dat maakte defensieminister Hans Hillen vandaag bekend. “Met het permanent stationeren van mariniers op St. Maarten doet Nederland recht aan de nieuwe staatkundige structuur en waarborgt defensie de veiligheid ook in dit deel van het Koninkrijk”, aldus de minister.

Met de staatkundige hervorming van 10 oktober 2010 werd St. Maarten een onafhankelijk land binnen het Koninkrijk. Het Statuut van het Koninkrijk der Nederlanden gaat uit van de gelijkwaardigheid van de tot het Koninkrijk behorende landen. Dit betekent dat alle landen recht hebben op permanente militaire presentie. “Bovendien kunnen we snel reageren indien ernstinzet, bijvoorbeeld tijdens een orkaanpassage, benodigd is.” De bewindsman benadrukt dat de afstand tussen de Bovenwindse- en Benedenwindse eilanden zo groot is, dat er veel tijd verloren gaat wanneer de militairen van Curaçao of Aruba naar Sint Maarten moeten worden getransporteerd. Ook de reactietermijn voor steunverlening aan Saba en St. Eustatius wordt nu verkort.

Het mariniersdetachement wordt op het eiland belast met de reguliere defensietaken, namelijk de handhaving van de onafhankelijkheid en verdediging van het koninkrijk, de bevordering van de internationale rechtsorde en het verlenen van militaire bijstand aan lokale autoriteiten van de Bovenwindse eilanden, zoals orkaannoodhulp. Ook kunnen de mariniers worden ingezet op de grens van land en water, bijvoorbeeld voor maritieme grensbewakingstaken ter ondersteuning van de Kustwacht voor het Koninkrijk in het Caribisch Gebied. Het detachement zal ook ondersteuning leveren aan het Vrijwilligerskorps Sint Maarten en – in overleg met het Land Sint Maarten – een Sociaal Vormingsprogramma voor jongeren.

Begin 2013 wordt een vaste staf van zes mariniers geplaatst om de praktische voorbereidingen te treffen. Uiterlijk in juni volgt het eerste – roulerende – detachement van 20 mariniers uit Nederland. Eind volgend jaar moet de eenheid van 26 mariniers volledig operationeel inzetbaar zijn.

(ministerie van Defensie, 31 augustus 2012)

Gewonden geëerd met voorstelling Soldaat van Oranje

Circa 500 militairen en hun partners zagen gisteravond de musical Soldaat van Oranje. In aanwezigheid van prins Willem-Alexander genoten zij zichtbaar van de ontspanning en het spektakel op voormalige Marine Vliegkamp Valkenburg. De exclusieve voorstelling gold als eerbetoon aan de (ex)-militairen die gewond raakten tijdens missies in onder meer Afghanistan, Bosnië en Cambodja.

Op initiatief van Militaire Willems-Ordedrager kapitein Marco Kroon, had Defensie gewonden en hun familie kaarten aangeboden voor de succesvolle musical over verzetsheld Erik Hazelhoff Roelfzema, die tijdens de Tweede Wereldoorlog streed voor een vrij Nederland. Hoewel het andere tijden waren, is het al geruime tijd volle zalen trekkende verhaal nog steeds actueel, meent Commandant der Strijdkrachten generaal Tom Middendorp: "De voorstelling staat symbool voor de inspanning van duizenden andere helden. Militairen die wereldwijd en in moeilijke omstandigheden opereren, die hun leven waagden voor anderen. Die daarbij soms sneuvelden of gewond raakten, zoals de militairen die hier vanavond zitten. Zij maakten het verschil, soms tegen een hoge prijs."

Niet vergeten
Alleen al tussen 2006 en 2010 raakten tijdens Task Force Uruzgan in Afghanistan 144 Nederlandse militairen gewond. Ondanks dat de missie voorbij is, worstelen nog veel mensen dagelijks met de mentale en fysieke gevolgen. "Juist om die reden verdienen zij het om een keer in het zonnetje te worden gezet", zegt kapitein Kroon. "We mogen niet vergeten hoeveel verdriet onze gewonde collega's en hun families nog altijd doormaken. Deze avond is bedoeld als eerbetoon. Het verzacht niet de pijn, maar verzet wel even de gedachten. De Soldaat van Oranje is een fantastische show en een hele toepasselijke ook."

Erkenning
Sergeant-majoor der mariniers Rob Severs was verrast door de uitnodiging. "Heel bijzonder dat Defensie dit doet, met name ook voor het thuisfront. Gewond raken doe je namelijk niet alleen. We hebben een ontzettend leuke avond gehad. De hele opzet van de musical is fantastisch. Je komt ogen en oren te kort." Ook wachtmeester der 1e klasse Raoul Janssen (KMar), die in 1993 werd uitgezonden naar Voormalig Joegoslavië en PTSS opliep, noemt het een geweldig initiatief. "Dit doet me goed. Het Draaginsigne Gewonden is een belangrijke erkenning, maar deze avond net zo goed. Het geeft aan dat we niet worden vergeten."

De musical Soldaat van Oranje ging in oktober 2010 in première. Sindsdien hebben meer dan 650.000 mensen de voorstelling gezien. De musical is verlengd tot en met januari 2013.

Toespraak generaal Middendorp bij de musical Soldaat van Oranje

(ministerie van Defensie, 31 augustus 2012)

donderdag 30 augustus 2012

ScanEagle speurt naar piraten

door TLNT Jochem van Wijk

GOLF VAN ADEN  - Nederland heeft een nieuw middel ingezet in de strijd tegen piraterij, de ScanEagle. Sinds deze maand cirkelt de ruim drie meter grote Unmanned Aerial Vehicle (UAV) geruisloos boven de Golf van Aden op zoek naar piraten.

ScanEagle
Het is nog donker als militairen van het Joint Intelligence Surveillance Target Acquisition and Reconnaissance Commando (JISTARC) uit ’t Harde op het helidek van Hr. Ms. Rotterdam de lancering voorbereiden. Na anderhalf uur testen, wordt het vliegtuig stipt om 5.30 uur afgeschoten. Binnen tien seconden is de UAV uit het zicht verdwenen. Opperwachtmeester Cees Wittenberg bemant het UAV ground control station, en tuurt naar twee schermen. Het ene scherm toont de route van het vliegtuig, het andere live beelden van de blauwe zee van de Golf van Aden.

“Aangezien er geen referentiepunten zijn, zoals kerken en bergen is het anders vliegen dan op het land, maar we kunnen hier prima uit de voeten,” zegt de vliegoperateur. Over de headset hoort hij van de brug dat een schip op de radar niet reageert op een oproep. Of de ScanEagle even kan kijken? Met de muis schuift hij over het scherm en klikt. Onmiddellijk draait het vliegtuig de andere kant op en gaat de opper op zoek naar het schip.

Piraten opsporen
De negentien landmachtmilitairen van JISTARC varen voor het eerst als eenheid mee op Hr. Ms. Rotterdam in het kader van de NAVO-antipiraterijmissie Ocean Shield. Naast vliegoperateurs, zijn (beeld)analisten en informatiemanagers aan boord van het amfibische transportschip.

Ground Control Station
Hun commandopost (CP) bevindt zich diep in het ruim. Tussen de computers, kaarten en honderden netwerkkabels zit majoor Chris Sievers, commandant van het team. “Onze taak is om de commandant van de missie, commandeur Ben Bekkering en zijn staf van Standing NATO Maritime Group 1 (SNMG1), met informatie en inlichtingen te ondersteunen bij de voorbereiding en uitvoering van zijn opdracht. We voeren voornamelijk gebiedsverkenningen uit om onbekende schepen te detecteren en mogelijke piratenactiviteiten te herkennen.”

Door de ingebouwde GPS vliegt de UAV automatisch terug naar het dek, waar het zichzelf vasthaakt aan een kabel. De nieuwe aanwinst van defensie houdt zich goed boven zee. Wittenberg: “De eerste operaties zijn goed en veilig verlopen. Ook onder warme weersomstandigheden van 45 graden Celsius heeft het systeem het prima gehouden.”

(Defensiekrant, 30 augustus 2012)

Opinie: Verkiezingen

Hr.Ms. Evertsen is 18 augustus teruggekeerd van een prima antipiraterijmissie. Hr.Ms. Rotterdam opereert op dit moment absoluut joint, met ingescheepte ondersteunende eenheden van zowel de CLAS (Scan Eagle UAV), het CLSK (Cougars) als de Kmar, als combined, als vlaggenschip van de NAVO-antipiraterijmissie Ocean Shield, onder bevel van commandeur Ben Bekkering.

Op 10 augustus maakte het mijnbestrijdingsvaartuig van de wacht, Hr.Ms. Willemstad, in de Westerschelde een zwaargewicht uit de Tweede Wereldoorlog onschadelijk. Eind juni onderschepte Hr.Ms. Tromp in het Caribisch gebied 2000 kilo cocaïne. In Kunduz beveiligen de mariniers van de Koninklijke Marine de politietrainingsmissie, onder leiding van Kolonel der mariniers Jarst de Jong. Aan boord van veel koopvaardijschepen varen mariniers als Vessel Protection Detachments mee, ter beveiliging tegen mogelijke aanvallen van piraten aan de Oostkust van Afrika. Tegelijkertijd steekt de piraterij voor de Westkust haar gemene kop op. Ook daar klinkt vanuit de politiek en de rederijen de terechte roep om bescherming.

Terwijl de marine dus operationeel op alle fronten bezig is, werpen de verkiezingen op 12 september hun schaduw vooruit. De verkiezingsprogramma’s van de diverse politieke partijen heeft de GOV|MHB voor wat betreft de defensieparagraaf geanalyseerd. Het geheel biedt een overzicht van wat de diverse partijen hebben te bieden op het gebied van “een voor haar taak berekende krijgsmacht”. Veel partijen uiten zich in algemeenheden, maar waar ze specifiek worden, wordt het meteen bedreigend. Zoals de PvdA die aan de ene kant taakspecialisatie voorstaat en aan de andere kant met naam en toenaam juist een kernactiviteit waarmee Nederland internationaal skyhigh scoort, namelijk de Onderzeedienst, wil schrappen. Wie begrijpt het nog? Een ding is zeker: tijdens coalitieonderhandelingen wordt alles vloeibaar.

Tijdens de indienststelling van het Oceangoing Patrol Vessel Hr.Ms. Holland, die samenviel met de opening van de Marinedagen 2012, hield de directeur van Damen Schelde Naval Shipbuilding een pleidooi dat het nu eens afgelopen moest zijn met het bezuinigen op Defensie. Er zou juist geld bij moeten met het oog op de politieke situatie in de wereld. Hoewel de OPV’s prachtige schepen zijn, wil ik opmerken dat ze producten zijn van vorige bezuinigingen (afstoten 4 M-fregatten) en dat ze slechts kunnen worden ingezet in het laagste deel van het geweldsspectrum. Het OPV is dan ook geen volwaardige vervanging van de M-fregatten. Zo trekken ‘oudere’ bezuinigingsslagen ook nu nog sporen door de slagkracht van de marine.

In 2005 schreef Arun Prakash, bevelhebber van de Indiase zeestrijdkrachten in de Indian Defence Review een artikel over het toenemende belang van maritieme macht in het algemeen en van een voor haar taak berekende zeemacht in het bijzonder:

“The 21st century is going to be a maritime century. The globalisation of the world economy and its impact on global sea-borne trade, energy imperatives and growing dependence on sea resources, all point towards the growing importance of the seas. These developments are extremely important for India due to our reliance on the sea for trade, energy resources and food resources. In fact, over a century ago, the famous American maritime strategist, Admiral Mahan had stated, ‘Whoever controls the Indian Ocean dominates Asia.’ He further went on to predict that ‘in the 21st century the destiny of the world will be decided upon its waters.’ Today that prediction appears to be coming true. While we have no wish to dominate anything, we need to ensure that nobody else is in a position to do so, or to dictate terms to us either. A capable navy is only one element of a maritime power. A large merchant fleet, modern ports with good infrastructure, a vibrant, efficient and self-reliant shipbuilding industry along with its supporting technical infrastructure are some of the other vital elements of maritime power which we need to concentrate upon. The key, however, lies in the populace having a maritime temperament and outlook. Indians in general, need to acknowledge that if not a ‘maritime nation’ (yet), we certainly are a nation dependant on the seas, and need to look more seawards than inwards.” (www.rediff.com/news/2005/feb/28inter1.htm)

Het wordt tijd dat onze politici, van links via het midden tot rechts, deze treffende woorden uit 2005 eens goed tot zich laten doordringen en zich ten volle realiseren dat ook Nederland afhankelijk is van een vrije zee.

(KLTZ Rob Hunnego, voorzitter KVMO, Marineblad augustus 2012)

woensdag 29 augustus 2012

Minister Hillen opent expositie Militaire Luchtvaart Museum

Minister Hans Hillen heeft op 27 augustus 2012 de expositie over de 100-jarige geschiedenis van de luchtvaart geopend in het Militaire Luchtvaart Museum (MLM) te Soesterberg.




In 2013 bestaat de militaire luchtvaart in Nederland 100 jaar. Het MLM blikt met de expositie 'Van pioniers tot professionals: 100 jaar militaire luchtvaart, 1913-2013' terug op die afgelopen eeuw.

(ministerie van Defensie, 29 augustus 2012)

F-16’s onderscheppen passagiersvliegtuig

Twee F-16-gevechtsvliegtuigen zijn vanmiddag de lucht ingegaan om een Airbus-passagiersvliegtuig uit het Spaanse Malaga te onderscheppen waarmee geen radiocontact kon  worden gemaakt. Ze hebben het vliegtuig met meer dan 180 passagiers tot aan de landing op Schiphol geëscorteerd, waar marechaussee-eenheden paraat stonden om aan boord te gaan.

De Quick Reaction Alert bestaat uit 2 volledig bewapende F-16's die 24 uur per dag gereed staan om in te grijpen. Boven de Flevopolder gingen de toestellen door de geluidsbarrière wat zorgde voor een harde knal op de grond. Wanneer er geen radiocontact kan worden gemaakt proberen de F-16-vliegers het toestel te identificeren* en visueel contact te krijgen met de bemanning. De F-16’s stegen op vanaf Vliegbasis Volkel waar ze paraat stonden als Quick Reaction Alert.

Na de landing van het toestel op een speciaal afgezette sector van Schiphol hebben onderhandelaars van de Koninklijke Marechaussee vastgesteld dat er geen kaping of gijzeling gaande was. Marechausseewoordvoerder Martijn Peelen: “De gezagvoerder is naar buiten gekomen en na overleg achter een pantservoertuig is geconcludeerd dat er geen sprake was van een calamiteit.” Ook stond er een arrestatie-eenheid van de Brigade Speciale Beveiligingsopdrachten (BSB) van de marechaussee klaar naast de landingsbaan. Peelen: “We hebben op een kaping geacteerd omdat we de melding kregen dat er een vliegtuig binnenkwam onder begeleiding van 2 F-16’s.”

(ministerie van Defensie, 29 augustus 2012)

*Opmerking HdV: was er wellicht ook sprake van miscommunicatie tussen 'de grond' en de F-16's? Zoals een oplettende lezer van het Defensie weblog opmerkt stond de zogeheten transponder van het verkeersvliegtuig gewoon aan. Dat apparaat geeft de luchtvaartmaatschappij, vluchtnummer, snelheid, koers, bestemming  e.d. weer. Ook op websites die 'live' de vluchten boven en rond Nederland weergeven was het betrokken toestel (de VLG8366) gewoon te 'zien'. Zie bijgevoegde afbeelding, waaruit ook blijkt dat het toestel een aantal rondjes ten zuiden van Rotterdam heeft moeten draaien.
Een deel van de gesprekken tussen de twee F-16-piloten van de QRA is o.a. hier te beluisteren.

De hele vlucht van Malaga tot en met Schiphol: http://www.flightradar24.com/data/flights/vy8366

Officieren voor het eerst in actie tegen voorgenomen bezuinigingen krijgsmacht

De officieren van de krijgsmacht roeren zich. Het is nog niet eerder gebeurd dat deze groep loyale militairen zich krijgsmachtbreed kanten tegen de nieuwe bezuinigingsplannen die een aantal politieke partijen na de verkiezingen wil doorvoeren. Collectief komen zij in het geweer.

Op 4 september a.s. houden de gezamenlijke officierenverenigingen van Defensie en het middelbaar en hoger burgerpersoneel (GOV|MHB) een bijeenkomst. In een presentatie met de titel ‘Wat zijn de gevolgen als Defensie er niet meer is?’ laat de belangen- en beroepsvereniging GOV|MHB zien wat de gevolgen zijn voor de Nederlandse bevolking als ons land niet meer beschikt over een adequate krijgsmacht.

De nieuwe bezuinigingsplannen van een aantal politieke partijen zijn desastreus voor de krijgsmacht. De vorige bezuinigingsrondes zijn nog niet afgerond en de defensieorganisatie staat inmiddels op instorten. Nieuwe bezuinigingen leiden dan ook onherroepelijk tot een ruïne van gigantische omvang. De officieren voorspellen op basis van de verkiezingsprogramma’s het einde van de krijgsmacht, met alle gevolgen van dien voor ons land.

De GOV|MHB en de aangesloten verenigingen zullen tijdens de bijeenkomst hun standpunt toelichten bij de officiële start van hun publiciteitscampagne die Defensie moet redden.

(GOV|MHB, 29 augustus 2012)

Beantwoording Kamervragen over straffeloosheid van sleutelfiguren in de Somalische piraterij

Antwoorden van Dr. U. Rosenthal, minister van Buitenlandse Zaken op vragen van het lid de Roon (PVV) over straffeloosheid van sleutelfiguren in de Somalische piraterij.

Vraag 1
Kent u het bericht “Somali pirate kingpins enjoy ‘impunity’: UN Experts”? 1)

Antwoord
Ja, het bericht verwijst naar een rapport van de UN Monitoring Group on Somalia and Eritrea (http://www.un.org/sc/committees/751/mongroup.shtml) .*

Vraag 2
Hoe beoordeelt u de berichtgeving, dat autoriteiten van Somalië en Puntland sleutelfiguren van de piraterij de hand boven het hoofd houden en laatstgenoemden soms een dubbelrol vervullen door ook hun diensten aan te bieden bij de piraterijbestrijding?

Antwoord
Ik vind deze berichten zorgwekkend. De Somalische autoriteiten moeten tekst en uitleg geven over de bevindingen van de UN Monitoring Group. De VN Veiligheidsraad (VNVR) bepaalt op basis van de aanbevelingen van de UN Monitoring Group en het VNVR-sanctiecomité of sancties, danwel andere acties, aan de orde zijn.

Vraag 3
Hoe beoordeelt u de blokkering door het Verenigd Koninkrijk van VN-Veiligheidsraadvoorstellen om piratenleiders doelwit van sancties te maken?

Vraag 4
Deelt u de mening dat deze sabotage van effectief optreden tegen de piraterij er toe kan leiden dat ons land onnodig veel geld uit moet geven aan de bescherming van de Nederlandse koopvaardij tegen piraten? Wat gaat u daar aan doen?

Antwoord
Internationaal is er brede overeenstemming dat betalen van losgelden, waarop het ‘verdienmodel’ van piraterij is gebaseerd, onwenselijk is. Tegelijkertijd zijn er zorgen dat door het plaatsen van piratenleiders op sanctielijsten, het betalen van losgelden door private partijen - dat vaak onvermijdelijk is gebleken om de gegijzelde bemanning in veiligheid te brengen - gecriminaliseerd zou worden. Momenteel zijn er in internationaal verband discussies gaande over de vraag in hoeverre deze zorgen weggenomen kunnen worden.

Vraag 5
Wat is de stand van zaken bij de instelling van een “Regional Anti-Piracy Prosecution and Intelligence Coordination Centre” en wat is de rol van de EU en Nederland daarbij?

Antwoord
Op 23 februari 2012 ondertekende ik met mijn Britse ambtgenoot Hague het zogeheten Statement of Cooperation over de oprichting van een Regional Anti- Piracy Prosecution and Intelligence Coordination Centre (RAPPICC). In deze verklaring zegde Nederland 300.000 euro en twee experts voor dit centrum op de Seychellen toe. Momenteel wordt gewerkt aan het operationeel verder vormgeven van de wijze waarop RAPPICC zal opereren, aan het invullen van de samenwerking tussen RAPPICC enerzijds en Interpol en Europol anderzijds en aan het nader invullen van de Nederlandse toezegging. RAPPICC is inmiddels opgericht en zal naar verwachting feitelijk operationeel zijn vanaf begin 2013.

1) http://af.reuters.com/article/topNews/idAFJOE86H01020120718?cid=nlcdailybrief-
daily_news_brief-link14-20120718&sp=true

(ministerie van Buitenlandse Zaken, 28 augustus 2012)

*Zie ook het bericht VN: Puntland opnieuw centrum Somalische piraten.

dinsdag 28 augustus 2012

Beveiligingsteams mariniers beschermen Nederlandse koopvaardij (+video)

Defensie zet sinds vorig jaar met succes beveiligingsteams in voor de bescherming van de koopvaardij. Deze week nog keren twee zogenoemde Vessel Protection Detachments (VPD) terug vanuit Singapore na een succesvolle inzet.

Koopvaardijschepen die onder Nederlandse vlag varen en die vanwege hun snelheid of vorm kwetsbaar zijn voor piraterij, kunnen op risicovolle delen van hun traject militaire beveiligingsteams meekrijgen. Deze teams bestaan uit zwaarbewapende mariniers. Een van die VPD’s zorgde de afgelopen weken bijvoorbeeld voor de beveiliging van het Nederlandse schip MS Swan van de firma Dockwise dat traag varend en met lage reling van Durban in Zuid-Afrika naar Dubai voer.



Noodprocedures
Om inzet van de beveiligingsteams nog toegankelijker te maken, halveerde Defensie dit jaar de kosten bijna tot € 5.000 per dag. Inmiddels werden dit jaar ruim 20 teams ingezet om kwetsbare schepen te beschermen. De mariniers beveiligen niet alleen het schip, ook beoefenen ze met de bemanning de noodprocedures in geval van een aanval. Daarnaast passen zij verbeteringen toe, zoals de aanleg van prikkeldraad rondom, om de kans op een kaping zo klein mogelijk te maken.

Defensie kan dit jaar nog ruim 80 keer een beveiligingsteam inzetten ter bescherming van de Nederlandse handelsbelangen. Voor volgend jaar houdt Defensie rekening met de inzet van 175 teams, maar mocht dit aantal niet voldoende blijken dan kunnen er meer ploeg worden ingezet.

Proportioneel geweld
De reder en Defensie maken duidelijke afspraken over wie waar voor verantwoordelijk is. De kapitein richt zich op het sturen en navigeren van het schip. Voor eventueel gebruik van geweld is Defensie verantwoordelijk. Geweld moet bijvoorbeeld proportioneel zijn en wordt aan het Openbaar Ministerie gemeld en door hen beoordeeld. Bekijk de video voor meer informatie over de inzet van de beveiligingsteams.

(ministerie van Defensie, 28 augustus 2012)

maandag 27 augustus 2012

Kunduz: politietrainingsmissie start in district Imam Sahib

Militairen van de Police Training Group (PTG) zijn het afgelopen weekeinde begonnen met het geven van de eerste opleidingen voor agenten in het district Imam Sahib.

Dat is het vierde district waar de politietrainingsmissie aan de slag gaat, na de districten Kunduz-stad, Khanabad en Aliabad.

Van de 15 cursisten volgen er 10 de basisopleiding (patrolman) en 5 agenten de kaderopleiding voor onderofficieren. Met de uitrol naar Imam Sahib zijn de Nederlanders nu in het merendeel van de districten actief en wordt zo’n 75% van de politie van de provincie Kunduz bereikt.

Vrouwen
Ook ging afgelopen weekend in Kunduz-stad de eerste volledige basisopleiding tot agent voor vrouwen van start met 8 leerlingen. De opzet van een training speciaal voor vrouwelijke agenten past in het beleid van Nederland om aandacht te besteden aan de positie van vrouwen in de Afghaanse maatschappij. De cursus is qua opzet gelijk aan de cursus zoals die al wordt gegeven aan de mannelijke collega´s.

(ministerie van Defensie, 27 augustus 2012)


Traditioneel Maori-afscheid voor gesneuvelde Nederlandse militair



(video: ministerie van Defensie Nieuw-Zeeland)

Met een traditionele en massale haka hebben Nieuws-Zeelandse militairen afscheid genomen van drie collega's die in de Afghaanse provincie Bamiyan zijn gesneuveld. Onder hen de drager van een Nederlands paspoort, Lance Corporal Jacinda Baker, die een groot deel van haar jeugd in Nederland doorbracht. Korporaal Baker was een verpleegkundige. De drie kwamen op 19 augustus om het leven toen hun voertuig op een IED reed.

LCPL Jacinda Baker
Eenheden van de Nieuwzeelandse krijgsmacht hebben ieder een eigen haka. In dit geval gaat het om het 2/1 Bataljon van het Royal New Zealand Infantry Regiment.

"Units with the NZ Army have their own haka. This video shows the soldiers of 2/1 RNZIR Battalion performing their Unit haka, powerfully acknowledging the lives and feats of their fallen comrades as they come onto the Unit's parade ground. It is also an emotive farewell for they will leave via the waharoa (the carved entrance way) for the very last time."

De gesneuvelde militairen maakten sinds april j.l. deel uit van het Nieuw-Zeelandse Provinciaal Reconstructieteam (PRT) in Bamiyan.

(Defensie weblog, 27 augustus 2012)

CPB: SGP bezuinigt het minst, SP het meest op defensie



Het Centraal Planbureau (CPB) heeft maandag de 'doorrekening' van de verkiezingsprogramma's van de politieke partijen in de Tweede Kamer gepubliceerd. Ook het onderwerp defensie is daarbij tegen het licht gehouden.

Het CPB maakt zelf de verwachting voor groei of krimp op de verschillende beleidsterreinen op basis van bestaand beleid. Dat heet in het financiële jargon het 'basispad' (Engels: baseline). Voor wat betreft defensie staat het basispad in de visie van het CPB op -1 % per jaar over de periode 2013-2017. Alleen de SGP duikt onder die verwachting (wil dus iets meer aan defensie uitgeven dan het te verwachten gemiddelde).

De uitslag bij het CPB, uitgedrukt in procenten per jaar in de periode 2013-2017:

SGP:  -¾ %

ChristenUnie: -1%

CDA:  -1¼ %
VVD:  -1¼ %

D66: -2¾ %

PVV: -3 %

GroenLinks: -4½ %
PvdA:          -4½ %

SP: -6%

Voor de details, zie de rapporten per partij zoals uitgegeven door het CPB en het complete rapport.
Voor de beleidsplannen per partij, zie het bericht Defensie in de verkiezingsprogramma's.

(Defensie weblog, 27 augustus 2012)

zondag 26 augustus 2012

Unieke ontmoeting op Hr. Ms. Rotterdam

Foto: Kon. Marine

Een unieke ontmoeting op het amfibisch transportschip Hr. Ms. Rotterdam. Zo'n vijftig vertegenwoordigers uit de Somalische regio Puntland waren er te gast en hebben gesproken met de staf van 'Ocean Shield', de NAVO-operatie tegen piraterij. In het Somalische gezelschap bevonden zich een minister, een gouverneur, en vertegenwoordigers van een aantal dorpskernen. Tijdens het bezoek spraken zij over de aanpak van piraterij voor de kust van Somalië en de rol die de bewoners van de regio daarin spelen.

Het is, voor zover bekend, de eerste keer dat een dergelijk direct contact met (stam)leiders uit Puntland of andere Somalische representanten op deze schaal heeft plaatsgevonden aan boord van een van de schepen die betrokken zijn bij de strijd tegen piraterij.

Volgens een recent rapport van de Verenigde Naties is Puntland (weer) het centrum geworden van de piraterij. Het rapport was erg kritisch op de leiders van Puntland, die weliswaar 'kleine piraten' aanpakken en opsluiten, maar de 'grote jongens' in deze miljoenenbusiness ongemoeid zouden laten.

(Defensie weblog, 26 augustus 2012)

VVD-essay over defensie

André Bosman, Han ten Broeke
(woordvoerders defensie VVD)

De VVD heeft defensie hoog in het vaandel staan en ziet absoluut de meerwaarde van een goede krijgsmacht voor Nederland. De VVD weet als geen andere partij het zijn van een sterk handelsland en een verantwoordelijke rol spelen op het wereldtoneel sterk van elkaar afhankelijk zijn. De VVD is daarom voorstander van een veelzijdig inzetbare krijgsmacht en heeft er ook plannen voor: er wordt niet verder bezuinigd, de reorganisatie wordt afgerond en defensie zal blijven worden ingezet voor internationale missies. Verder wil de VVD een groter draagvlak voor defensie, een betere inzetbaarheid en meer inzet van gespecialiseerde reservisten.

Reorganisatie
De reorganisatie die door het vorige kabinet is ingezet, is voortvarend van start gegaan en de contouren worden steeds beter zichtbaar. Defensie moet een open organisatie worden die verandering en verjonging moet omarmen. Tegelijkertijd moet het besef ontstaan dat Defensie niet meer de baangarantie voor het leven kan bieden. We maken nu een begin met de toekomst van de krijgsmacht: een organisatie die uitblinkt in wat ze doet en hiermee internationaal op hoog niveau kan opereren. Dat die reorganisatie zorgen en onzekerheid met zich meebrengt is voor de VVD duidelijk. Dit proces dient de tijd te krijgen om afgerond te worden. Daarom wil de VVD niet verder bezuinigen op defensie. Verdere bezuingingen zouden de organisatie die al onder druk staat nog verder onder druk zetten en dat kan ten koste gaan van de inzetbaarheid van de krijgsmacht. De titel van het VVD-verkiezingsprogramma is “Niet doorschuiven maar aanpakken”. Een toepasselijke titel voor Nederland, maar dat zeker ook op defensie van toepassing is.

Draagvlak
De VVD vindt het van belang dat mensen begrijpen dat het hebben van een degelijke krijgsmacht geen doel op zichzelf is. Defensie is een uitvoeringsorganisatie, een verlengstuk van de nationale en buitenlandse politiek. Je kunt de inzet van de krijgsmacht het beste typeren door te spreken over de voortzetting van politiek, daar waar de politiek gefaald heeft. Wij willen daarmee zeggen, dat als je landen wil aanspreken op hun verantwoordelijkheid, maar je bent niet bij machte om dat met militaire middelen kracht bij te zetten, het bij aanspreken blijft. En dat weet de andere partij ook. De krijgsmacht is dus een onderdeel van de internationale politiek en de rol die Nederland daar in wil en misschien wel moet spelen. We moeten onszelf niet blijven zien als dat kleine landje aan de Noordzee, maar als de zestiende economie van de wereld, het tweede exportland van de EU de vijfde exporteur van goederen in de wereld. Het belang van Nederland en onze economie ligt in het buitenland. Die belangen dien je veilig te stellen. Dit doe je door goede handelsrelaties te onderhouden om de handel te blijven stimuleren, maar dat doe je zeker ook door een veilige wereld te creëren. Een wereld waar mensen vrij met elkaar kunnen handelen, zonder zich zorgen te hoeven maken over terrorisme of de dreiging van oorlog.

Nederland heeft bijvoorbeeld grote belangen bij een veilige scheepvaart. Rotterdam is verreweg de grootste zeehaven van Europa en staat mondiaal in de top vijf. Dan moet je als Nederland je verantwoordelijkheid nemen om de internationale handelsroutes voor de scheepvaart veilig te stellen. Dat doen we ook in de vorm van de deelname aan de EU-missie Atalanta en de NAVO-missie Ocean Shield die bij Oost-Afrika bezig zijn piraterij te bestrijden. Dat is in het directe belang van de schepen en hun bemanningen die langs de gevaarlijke gebieden varen en dus ook in het Nederlandse belang. Het risico dat landen je als een veiligheidsconsument gaan zien als je niet meedoet aan dit soort missies is levensgroot. Wel de economische vruchten plukken van de inzet van NAVO en EU, maar geen troepen leveren wordt internationaal al snel gezien als het gedrag van een “free-rider”.

Ook nationaal moet men de inzet van de krijgsmacht niet onderschatten. Bijna iedere dag is een onderdeel van defensie actief binnen de Nederlandse grenzen. Of dat nu de marechaussee is met bijstand aan politie, de bescherming van objecten of het tegengaan van illegale immigratie en vreemdelingentoezicht. De landmacht met ondersteuning bij het opsporen van explosieven, de ondersteuning van de lokale overheden of de ondersteuning van grote evenementen. De luchtmacht met de inzet voor brandbestrijding met de bambibucket, het gewondenvervoer op de Waddeneilanden of de inzet van F-16’s voor de bescherming van het luchtruim. De marine met het opruimen van zeemijnen, de ondersteuning bij tropische stormen in het Caribische gebied of met kustbewaking samen met de kustwacht. Kortom, de inzet van de krijgsmacht dichtbij huis is groot, maar helaas nog te onbekend. De VVD wil dan ook dat defensie de ruimte neemt om haar taken, waar ook ter wereld, goed toe te lichten in de verschillende media. Defensie heeft al een stap gezet om militairen op Facebook en Twitter hun ervaringen te laten delen. Dat is al een stap in de goede richting. Het draagvlak in de Nederlandse samenleving voor Defensie zal omhoog moeten.

Inzetbaarheid
De VVD is van mening dat met het geld dat we nu beschikbaar stellen voor defensie, de ambitie van veelzijdig inzetbaar haalbaar is. Hierbij geeft de VVD wel aan dat een rol zoals we die in Afghanistan hadden als ‘lead nation’ niet meer waar kunnen maken.
Om dat geld goed optimaal te benutten moeten wel een aantal zaken beter geregeld worden. Het financieel beheer moet worden verbeterd. Wanneer je niet weet wat je hebt of wat de verplichtingen zijn kom je iedere keer weer voor verrassing te staan. Ook moet het voorraadbeheer beter ingevuld worden. Niet alleen weten wat er ligt, maar vooral weten wat je in de komende tijd nodig hebt. Daarbij kan ook worden gedacht aan samenwerking met de civiele luchtvaart. Je hoeft niet alles zelf op de plank te hebben als een ander bedrijf het al heeft liggen. In dat geval moet je echter wel de wil en de bereidheid hebben om goede afspraken te maken. Ook onderhoud moet beter gestructureerd worden en ook daar zou een samenwerking met de civiele wereld schaalvoordelen op kunnen leveren. We hebben namelijk nog steeds uitstekend materieel, maar dat moet wel inzetbaar zijn. En die inzetbaarheid zal in de toekomst nog verder omhoog moeten.

Personeel
Ook op personeelsgebied zal Defensie flexibeler moeten gaan worden. De VVD is een grote voorstander van het inzetten van reservisten. Helaas missen we tot op de dag van vandaag en goed samenhangend reservistenbeleid. De VVD is momenteel om een krachtige visie op papier te zetten, juist omdat we die meerwaarde van reservisten zien. Bepaalde expertise is beperkt nodig binnen de krijgsmacht. Dan is het kostbaar om iemand toch volledig in dienst te nemen. Als er in je reservistenbeleid door goede afspraken met het bedrijfsleven een samenwerking mogelijk is om die expertise te delen, dan blijft de expert in dienst van een civiel bedrijf, maar is op afroep of op regelmatige basis beschikbaar voor de krijgsmacht. Dat is goed voor defensie, maar ook goed voor de samenleving en het draagvalk voor defensie. Door de interactie van civiele bedrijven en Defensie is het mogelijk om de expertise die op de civiele markt is ook in te brengen bij Defensie en zijn de bijzondere capaciteiten van de defensiemedewerkers een aanvulling op de civiele bedrijven. Een win-win situatie.

De VVD spreekt over een krijgsmacht van “High on tech-low on boots”. Dat principe wil niet zeggen dat de VVD het nut niet ziet van de infanterie. De infanterie die we hebben is juist van de hoogste kwaliteit, met een solide opleiding en voorzien van hoogwaardig materieel. Niet inzetten op grote aantallen militairen die alleen maar een wachttoren kunnen bemannen, maar juist op die veelzijdig inzetbare militair die je voor alle missies in kan zetten. Bij de reorganisatie zijn daarom vrijwel alle infanterie-eenheden juist intact gelaten. De VVD wil wel een betere balans tussen de verschillende onderdelen om op die manier de veelzijdig inzetbare krijgsmacht te krijgen die flexibel inzetbaar is. Dat is ingezet met de huidige reorganisatie.

Kortom, de VVD heeft het belang van Defensie scherp voor ogen. De belangen en veiligheid van Nederland zijn gediend met een goede krijgsmacht. Daarom is de VVD tegen verdere bezuinigingen en zal de VVD zich blijven inzetten om de Krijgsmacht voor te bereiden op de uitdagingen van de toekomst.

(VVD, 22 augustus 2012)

Voor het onderwerp defensie in het verkiezingsprogramma van de VVD, zie het bericht Defensie in de verkiezingsprogramma's.

zaterdag 25 augustus 2012

Duitsland begint in september met aftocht uit Kunduz

De krant Die Welt meldt dat Duitsland volgende maand begint met het terugtrekken van zijn in totaal 225 politietrainers uit de Afghaanse provincie Kunduz. Dat zal volgens de krant in drie fases gebeuren. Eerst zal het trainingscentrum in de stad Faisabad aan de Afghaanse autoriteiten worden overgedragen. Volgend jaar is dan het centrum in Kunduz-stad aan de beurt en in 2014 het trainingscentrum in Mazar-e-Sharif. Vanaf februari zullen de Duitse politietrainers al geen bezoeken meer afleggen aan de verschillende districten van Kunduz.

Duitsland heeft in Kunduz 200 politietrainers, daarnaast zijn 25 politiemensen actief bij de Europese trainingsmissie EUPOL-Afghanistan.

Het is nog niet duidelijk in welk tempo de Duitse *militairen* uit Kunduz worden teruggetrokken. Het nieuws in Die Welt komt van het Duitse ministerie van Binnenlandse Zaken.

Onduidelijk is ook nog welke consequenties het stappenplan heeft voor de Nederlandse politietrainingsmissie in Kunduz. Deze is v.w.b. de infrastructuur in Kunduz (gebouwen, luchttransport e.d.) grotendeels afhankelijk van Duitsland.


vrijdag 24 augustus 2012

Orkaannoodhulpoefening begonnen op Bovenwindse Eilanden

PHILIPSBURG - “Orkaan Joseph nadert de Bovenwindse Eilanden en zal naar verwachting als een orkaan van de vierde categorie over de eilanden Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba trekken.” Het had middenin het orkaanseizoen een echt bericht kunnen zijn. Maar vandaag betekende deze melding het begin van de jaarlijkse orkaannoodhulpoefening op de bovenwinden.

Hulpverlening voor, tijdens en na een orkaan is één van de hoofdtaken van Defensie in de regio.  Tijdens de orkaannoodhulpoefening neemt de De ‘battlestaf’ van de Commandant der Zeemacht in het Caribisch gebied stap voor stap het planningsproces door. Dit proces wordt gebruikt wordt wanneer er zich een echte orkaandreiging voordoet. Er worden verschillende scenario’s beoefend die de realiteit naderen.

De nadruk ligt dit jaar op het ondersteunen en faciliteren van de eilandelijke rampenstaven en hulpdiensten bij de uitvoering van hun rampenplannen. Op Saba en Sint Eustatius zal dit beoefend worden door onder andere een gesimuleerde vliegtuigramp en een evacuatie van burgers.

De orkaannoodhulpoefening vindt elk jaar rond begin september plaats op de Bovenwindse Eilanden en duurt nog tot 27 september.

(Wereldomroep, 24 augustus 2012)

Instruction for European Visa Information System ('Please do not smile')



The Royal Netherlands Marechaussee has begun taking persons' fingerprints as part of visa verification at the Netherlands' border. This measure has been taken to comply with the European regulation prescribing that travelers from countries for which a visa requirement applies be checked on the basis of biometric data (photograph and fingerprints). This check is carried out by comparing the biometrics of persons with data stored in the central European Visa Information System (EU-VIS).

The Royal Netherlands Marechaussee has made an instruction video demonstrating the procedure of the visa application process involving the recording of biometric data of persons. The video on this page is shown to travelers prior to their visa application at the border.

The main aim of the European Visa Information System is to prevent visa fraud by setting up a database at EU level in which all visa applications are recorded. The aforementioned EU regulation also contributes to the fight against illegal immigration and to establishing the identity of aliens while visa verification is being conducted.

(ministerie van Defensie, 24 augustus 2012)

Knapen en Duitse collega leggen eerste steen justitiekantoor Kunduz

Samen met zijn Duitse collega Dirk Niebel legde staatssecretaris Ben Knapen van Buitenlandse Zaken vrijdag de eerste steen voor de bouw van een provinciaal Departement van Justitie in Kunduz.

Een sterkere rechtsstaat begint volgens Knapen bij het trainen van rechters, aanklagers, politie en advocaten. Tweede stap is een gedegen justitiële infrastructuur en bewustwording onder de bevolking. Naast het regionale hoofdkantoor dat een leidende rol moet gaan spelen bij het versterken van de rechtsstaat, komen er 12 subkantoren in de provincie Kunduz. ‘Samen vormen die een nieuw thuis voor rechters, aanklagers en advocaten en herkenbare rechtscentra voor de bevolking’, aldus staatssecretaris Knapen.

De staatssecretaris bezocht ook de gevangenis in Kunduz. Daar sprak hij met vrouwen die soms jaren in de gevangenis zitten na veroordeling voor 'morele misdaden.' Nederland investeert doelgericht in het verbeteren van de positie van deze vrouwen, onder meer door juridische steun van vrouwelijke advocaten die met Nederlandse steun worden opgeleid. 'De vrouwen gaven aan blij te zijn dat zij juridisch advies van andere vrouwen krijgen' aldus Knapen. Dankzij Nederlandse steun komt er een ruimte waar vrouwelijke gevangenen met hun advocaat kunnen overleggen. Bovendien komen er ruimtes waar de kinderen van gevangenen kunnen worden opgevangen en vrouwelijke bewakers taalcursussen kunnen krijgen.

(ministerie van Buitenlandse Zaken, 24 augustus 2012)

Counter-Piracy ‘Big Three’ Meet At Sea

On 24 August 2012 the Force Commanders from the EU Naval Force Somalia – Operation Atalanta (EU NAVFOR), NATO Operation Ocean Shield (TF-508) and Combined Task Force 151 (operated by the Combined Maritime Forces – CMF) met on board the EU NAVFOR flagship ITS San Guisto (Italian Navy) to further enhance the cooperation and coordination in the fight against piracy.

The flagships, ITS San Giusto (EU NAVFOR), HNLMS Rotterdam (NATO) and the ROKS Wang Geon (CTF-151) rendezvoused in the Gulf of Aden to allow the three Force Commanders to meet face to face.

(Left to Right) Rear Admiral Anho Chung,
Rear Admiral Enrico Credendino, Commodore Ben Bekkering
 

Dutch NATO Commander Commodore Ben Bekkering and CTF-151 Commander Rear Admiral Anho Chung from the Republic of Korea were welcomed by Italian EU NAVFOR Force Commander Rear Admiral Enrico Credendino aboard the San Giusto.

The three Counter-Piracy forces coordinate their actions on a daily basis to enhance their capability and effectiveness in deterring, disrupting and counteracting piracy off the Somali coast and in the Gulf of Aden.  Although modern means of communications allow reliable long distance exchanges of information and a continuous flow of communications, face to face meetings are still very important.

This was the second time that the three main Counter-Piracy forces have met at sea; the first time having occurred on 23 July 2012 onboard HNMLS Evertsen (former flagship of Ocean Shield-NATO Commander).

The three Force Commanders discussed the strategic and tactical situation of piracy since the beginning of 2012 and agreed that, whilst the recent downturn in piracy off the Horn is Africa is welcomed, that military forces need to remain vigilant to further attacks by pirates on ships transiting the area.

(EUNAVFOR, 24 August 2012)

PvdA verwacht meer orders voor Damen door piraterij

Zeeland hoeft niet bang te zijn dat verdere bezuinigingen op Defensie ten koste gaat van werkgelegenheid bij scheepsbouwer Damen in Vlissingen.

Volgens PvdA-lijsttrekker Diederik Samsom liggen er eerder meer orders in het verschiet, door het verschuiven van prioriteiten op het internationale podium. Samsom denkt daarbij specifiek aan de bouw van extra fregatten voor bescherming van de zeevaart tegen piraterij.

De PvdA-leider zei dat donderdag in het verkiezingsprogramma van Scoop, de Zeeuwse Bibliotheek, Omroep Zeeland en de PZC in Middelburg. Ook ziet Samsom kansen op nieuwe werkgelegenheid in Zeeland als basis voor off shore-industrie van windmolenparken.

(PZC, 23 augustus 2012)

Opmerking: op de website van de PvdA is over dit voorstel niets te vinden. Trouwens ook niet over het voorstel van Diederik Samsom om in Zeeland nederwiet te gaan verbouwen.

Staatssecretaris Knapen bezoekt Kunduz


Staatssecretaris Ben Knapen van Buitenlandse Zaken en zijn Duitse collega Dirk Niebel brengen vrijdag een werkbezoek aan Kunduz waar Nederland en Duitsland samenwerken bij het versterken van politie en justitie. De bewindslieden zullen poolshoogte nemen van het gezamenlijke programma voor verbetering van de rechtsstaat in de provincie.

‘Verbetering van de rechtsstaat is een voorwaarde voor de ontwikkeling van Afghanistan’, aldus Knapen. Het rechtsstaatprogramma bestaat onder meer uit trainingen voor rechters, advocaten en aanklagers.

Knapen en Niebel hebben ook een ontmoeting met vrouwen die strijden voor hun rechten. ‘Deze vrouwen staan aan de frontlinie om taboes te doorbreken en deuren te openen voor andere vrouwen. Goed dat zij de positie en rechten van vrouwen in Afghanistan niet overlaten aan mannen.’ De bewindslieden spreken ook met de gouverneur en het hoofd van de politie van het district Aliabad van de provincie Kunduz.

(ministerie van Buitenlandse Zaken, 24 augustus 2012)

donderdag 23 augustus 2012

Knapen en Niebel spreken met Karzai

Staatssecretaris Ben Knapen van Buitenlandse Zaken en zijn Duitse collega Dirk Niebel hadden donderdag een ontmoeting met de Afghaanse president Karzai. In een constructief en uitvoerig gesprek van ruim een uur spraken zij onder meer over de ontwikkelingen in het land en het versterken van de rechtsstaat.

Nederland en Duitsland steunen de Afghaanse autoriteiten maar verwachten van hen een harde aanpak tegen corruptie en mensenrechtenschendingen. Tijdens de Afghanistan-conferentie begin juli in Tokio heeft Afghanistan zich gecommitteerd aan concrete doelen en indicatoren. Sindsdien heeft de regering van president Karzai ingrijpende maatregelen uitgevaard. Volgens Knapen komt het nu aan op verdere uitvoering.

V.l.n.r.:  Knapen, Niebel, Karzai (foto: ministerie van Buitenlandse Zaken)

Tegelijk met onze investeringen in de rechtsstaat is een stevige inzet van de Afghaanse leiders nodig. Het is goed dat de Afghaanse autoriteiten voortvarend aan de slag zijn gegaan en helder aangeven hoe zij de invulling zien. Zichtbare vooruitgang op het terrein van corruptie en mensenrechten, waaronder de positie van vrouwen, is echter een voorwaarde voor een breed draagvlak in Afghanistan en steun van de internationale gemeenschap,’ aldus Knapen.

Knapen zal in Kabul ook een gesprek hebben met vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties die strijden tegen mensenrechtenschendingen, corruptie en de onderdrukking van vrouwen. Knapen heeft bewondering voor het werk dat zij onder moeilijke omstandigheden en soms met gevaar voor eigen leven doen.

(ministerie van Buitenlandse Zaken, 23 augustus 2012)

Nieuwe kans voor legerdepot Eygelshoven

Van onze verslaggever

Het materieeldepot van Defensie in Eygelshoven krijgt wellicht een nieuwe kans. Het Duitse ministerie van Defensie wil het complex inschakelen bij het groot onderhoud van legervoertuigen die terugkeren uit Afghanistan.

Het ministerie van Defensie bevestigde woensdag dat er een officieel verzoek ligt van de Duitse collega's om een mogelijke rol van het materieeldepot in Eygelshoven bij het repatriëren van legervoertuigen van de Duitse vredesmissie in Afghanistan nader te onderzoeken.

In overleg tussen de beide ministeries wordt nu bekeken om hoeveel voertuigen het gaat, binnen welk tijdsbestek en - niet het onbelangrijkste aspect - welke vergoeding Duitsland bereid is te betalen voor het gebruik van het depot. "Pas als dat allemaal duidelijk is, wordt de afweging gemaakt of langer openhouden van het complex rendabel is. Er staat dus nog helemaal niets vast”, benadrukt een woordvoerster van Defensie.

Het materieeldepot in Eygelshoven - een terrein van 28 hectare met onder meer negen enorme hallen - staat sinds vorig jaar op de nominatie om zo snel mogelijk gesloten en verkocht te worden. Defensie moet fors bezuinigen en wil daartoe onder meer overbodige terreinen en gebouwen afstoten.

Begin jaren '90, toen het depot in Eygelshoven in gebruik was bij het Amerikaanse leger, werkten er zo'n 180 mensen, vooral burgerpersoneel (onder wie veel technici) uit Limburg. Momenteel zijn dat er nog enkele tientallen. De laatste tijd waren nog drie van de negen hallen in gebruik voor het onderhoud van Nederlands legermaterieel. De contracten daarvoor lopen dit jaar echter af.

(De Limburger, 23 augustus 2012)

Knapen bezoekt Kabul met Duitse collega

(ontdek de verschillen in de aankondigingen van dit gezamenlijke Duits-Nederlandse bezoek....)

Staatssecretaris Ben Knapen van Buitenlandse Zaken is donderdagochtend met zijn Duitse collega Dirk Niebel in Kabul aangekomen voor een gezamenlijk werkbezoek. Het bezoek staat in het teken van de Duits- Nederlandse samenwerking voor het versterken van de rechtsstaat in Afghanistan.

Knapen en Niebel willen bekijken hoe de samenwerking in de praktijk verloopt en hoe ze die verder kunnen optimaliseren. ‘Het helpt om samen een vuist te maken. Dat geldt hier in Kabul als we van de autoriteiten eisen dat ze corruptie en mensenrechtenschendingen hard aanpakken. Maar ook in het veld waar we bijvoorbeeld rechters, aanklagers en advocaten trainen’, aldus Knapen.

(ministerie van Buitenlandse Zaken, 23 augustus 2012)


Dirk Niebel fordert Refor­men in Afgha­nistan – Ent­wick­lungs­mi­nis­ter trifft zu Be­such in Kabul ein

Kabul – Bundes­ent­wick­lungs­mi­nister Dirk Niebel ist heute gemein­sam mit dem nieder­län­dischen Minister für euro­päische An­ge­legen­heiten und in­ter­na­ti­o­nale Zu­sam­men­ar­beit, Ben Knapen, zu einem Besuch in Kabul ein­getroffen. Auf dem Pro­gramm stehen hochrangige politische Gespräche mit Staats­präsident Hamid Karzai und Berg­bau­minister Sharani.

Dirk Niebel: "In Tokio hat sich die afgha­nische Re­gie­rung zu kon­kreten Reform­schritten be­kannt: Sie will die Kor­rup­tion ein­dämmen, die Men­schen- und besonders die Frauen­rechte effek­tiv schützen und die Regierungs­führung ver­bessern. Auf diesem Weg wird Deutsch­land Afgha­nistan weiter unter­stützen, und zwar auch nach dem Abzug der letzten Kampf­truppen. Die ent­wick­lungs­po­litische Zu­sam­men­ar­beit wird weit in die Trans­for­mations­de­kade ab 2014 hinein­reichen müssen. Mit unserem gemein­samen Besuch unter­streichen Ben Knapen und ich auch die Bedeutung einer ver­stärkten Ko­ordinie­rung der ent­wick­lungs­po­litischen Akti­vitäten aller in Afgha­nistan enga­gierten Geber. Kein Neben­einander, nur mit­einander ab­gestimmte Bemühungen können zum Erfolg führen."

Die Themen gute Regie­rungs­führung und Rechts­staat­lich­keit werden daher den Schwer­punkt der Gespräche mit der afgha­nischen Regie­rung aus­machen. Dirk Niebel: "Die klare Konditio­nierung unserer Zahlun­gen im letzten und in diesem Jahr hat sich bewährt, um echte Reform­anreize zu setzen. Ich werde von der afgha­nischen Regierung weiter­hin glaub­würdige Reform­an­strengun­gen als Voraus­setzung für unsere Zu­sam­men­ar­beit einfordern."

Neben politischen Ge­sprächen stehen Besich­tigungen kon­kreter Ent­wicklungs­vorhaben auf dem Pro­gramm. Einer der Schwer­punkte ist die Wirt­schafts­ent­wick­lung. Die Deutsche Investitions- und Ent­wick­lungs­gesell­schaft (DEG) konnte im Rah­men der Kredit-Ga­ran­tie-Fazi­lität (KGF) inzwi­schen garan­tierte Kre­dite in Höhe von über 80 Millio­nen US-Dollar an kleinere und mittlere Unter­neh­men in Afgha­nistan aus­geben. Die betei­ligten über 2.400 Unter­nehmen haben rund 4.700 Arbeits­plätze neu geschaffen und beschäftigen ins­gesamt über 26.000 Arbeit­nehmer – bei einer Kredit­ausfall­quote von unter einem Pro­zent im Jahr.

Dirk Niebel: "Über die vom BMZ gemein­sam mit der amerika­nischen USAID finan­zierte Kredit-Ga­ran­tie-Fazi­lität gelingt es, ganz direkt zu mehr Jobs in Afgha­nistan beizu­tragen. Mehr Jobs bedeuten mehr Perspek­tiven für die Menschen im Land und damit auch mehr Frieden, mehr Stabilität und mehr Sicher­heit in Afgha­nistan."

Außer­dem ist in Kabul die Begeg­nung mit Kindern eines Kinder­hauses für afgha­nische Binnen­flücht­linge geplant, in dem ein vom BMZ finan­ziertes Projekt der Deut­schen Welt­hunger­hilfe zu­sam­men mit der Peter-Maffay-Stif­tung durch­geführt wird. Dies ist das erste En­gage­ment der Maffay-Stif­tung mit dem BMZ in Afgha­nistan.

Der Weg des zivilen Wieder­auf­baus Afgha­nistans während der so­ge­nannten Trans­forma­tions-De­kade von 2014 bis 2024 wurde Anfang Juli dieses Jahres auf der Afgha­nistan-Kon­fe­renz in Tokio vor­gezeichnet. Die afghanische Re­gierung hatte sich dort zu kon­kreten Reform­schritten in fünf Kern­bereichen verpflichtet: Wahlen, Rechts­staat­lich­keit, öffent­liche Finanzen, Staats­ein­nahmen, Wachs­tum. Diese Bereiche sollen regel­mäßig über­prüft werden. Im Gegen­zug und in Ab­hängig­keit von diesen Reform­fort­schritten hat die in­ter­na­ti­o­nale Gemein­schaft finan­zielle Un­ter­stüt­zung für Wieder­aufbau und Ent­wick­lung des Landes auf etwa gleich­bleiben­dem Niveau auch nach 2014 zugesagt.

Deutsch­land hatte seine zivile Un­ter­stüt­zung für den zivilen Wieder­aufbau und die Ent­wick­lung Afgha­nistans seit dem Jahr 2010 auf bis zu 430 Millionen Euro jährlich nahezu ver­doppelt, dabei aber die Aus­zahlung dieser Mittel in die Projekte von der Erfüllung klarer Kondi­tionen ab­hängig gemacht. Die För­derung guter Regie­rungs­führung ist dabei einer der Schwer­punkt­sek­toren in der Ent­wick­lungs­zu­sam­men­ar­beit neben der Wirt­schafts­ent­wick­lung, dem Ausbau der Energie­infra­struktur, der Ver­bes­se­rung der Trink­wasser­ver­sorgung sowie der För­derung der Grund- und Berufs­bildung.

(Bundesministerium für wirtschaftliche Zusammenarbeit und Entwicklung, 23 augustus 2012)

woensdag 22 augustus 2012

‘Diplomatie bedrijven op zee’

Commandeur Ben Bekkering over antipiraterijmissie

Ruim twee maanden is hij commandant van Combined Task Force 508, beter bekend als de NAVO antipiraterijmissie Ocean Shield. Eerst vanaf het fregat Hr. Ms. Evertsen, sinds twee weken vanaf het amfibisch transportschip Hr. Ms. Rotterdam dat patrouilleert in de Golf van Aden. Commandeur Ben Bekkering: “Als we nu omdraaien zijn de piraten weer op volle kracht aanwezig.” 

tekst tlnt Jochem van Wijk

Commandeur Bekkering
In de hut van Bekkering op Hr. Ms. Rotterdam gaat elke ochtend om zes uur de wekker. Een uur later heeft de hij de eerste briefing er al opzitten. Sinds twee weken is de commandeur met zijn 24-koppige internationale staf ‘te gast’ op Hr. Ms. Rotterdam. Vanaf het vlaggenschip leidt de commandant van Standing NATO Maritime Group 1 (SNMG1) de antipiraterijmissie Ocean Shield. Er is goed nieuws vanaf zee. Piraterijactiviteiten in de wateren van Somalië zijn het afgelopen jaar meer dan gehalveerd.

In de eerste zes maanden van vorig jaar waren er 163 piraterijgerelateerde incidenten. In dezelfde periode van dit jaar is dat gedaald naar 69. Het aantal gekaapte schepen daalde fors en de afgelopen twee maanden zijn er geen succesvolle aanvallen op koopvaardijschepen uitgevoerd; voor het eerst in vijf jaar. Ben Bekkering: “Volgens het International Maritime Bureau (IMB) is dat te danken aan de internationale marine-inspanningen, waaronder die van de NAVO, de beschermende maatregelingen op de koopvaardijschepen en de beveiligingsteams. Ook de de toenemende druk op het land van AMISOM, de missie van de Afrikaanse Unie in Somalië draagt daar aan bij. Net als de Transitional Federal Government (TFG) van Somalië, die samen de bewegingsruimte van de piraten op het land inperken..”

Maritieme diplomatie
Internationale samenwerking is volgens de NAVO-commandant een belangrijk element tot succes. Daarom wordt op zijn verzoek de kustwacht van Djibouti getraind door Nederlandse mariniers, krijgen Japanse matrozen een rondleiding op het schip en staat hij zelf regelmatig in exotische havens bij een buitentemperatuur van 40 graden op de valreep om internationale collega’s op te wachten voor een gesprek.

Mariniers overmeesteren piraten
Op zee wordt een stukje omgevaren om een bevriend schip te ontmoeten. “Dat is het lot van een vlaggenschip. Ik zie het als ‘maritieme diplomatie’. Samenwerken gaat Nederlanders goed af, dat zit in onze genen. Wil je handel drijven, dan moet je met elkaar praten. Daar komt bij dat onze deelname aan de NAVO en internationale samenwerking  ons met de paplepel is ingegoten. Ditis voor veel mensen in deze regio niet vanzelfsprekend. Om vertrouwen te krijgen zijn deze bezoeken en trainingen belangrijk. Het werkt een stuk makkelijker als je elkaars gezicht kent. Gezamenlijk hebben we één doel: het stoppen van piraterij voor de kust van Somalië.”

Om dit te bereiken ligt de oplossing op het land. “Uiteindelijk zullen de Somaliërs in een stabiele omgeving werk moeten vinden en zo aansluiting vinden bij de internationale gemeenschap. Dat de oplossing op het land ligt, wil niet zeggend dat we hier alleen maar met symptoombestrijding bezig zijn. Integendeel. Ook de vissers en de handelaren voor de kust hebben last van de piraten. Het Land van Punt is eeuwenlang een belangrijk locatie geweest op de handelsroute van de Indische Oceaan. Ik ben ervan overtuigd dat onze inspanningen om de zee veilig te maken de lokale en internationale handel ten goede komen en daarmee verdere ontwikkeling dichterbij brengen.”

Moesson
Het leven in deze regio wordt sinds mensenheugenis bepaald door de moesson. Drie maanden harde wind wordt afgewisseld met drie rustige maanden. Nu waait het hard op zee en zijn de meeste piraten op het land. De ervaring is dat in deze periode de piraten van tactiek veranderen.

“Eerst opereerden ze in kleine skiffs in de Golf van Aden, toen met whalers als moederschip in het Somalisch Bassin en meest recent met dhows als moederschip in de Arabische Zee. Vanwege het succes van de antipiraterijmissie is het aannemelijk dat ze weer van tactiek zullen veranderen.”

Hr. Ms. Rotterdam
De commandeur is er klaar voor. Want als in september de moesson gaat liggen wordt zijn vlootverband uitgebreid met een patrouillevliegtuig en een fregat van de Denen, twee Amerikaanse schepen en een Nederlandse onderzeeboot. Verder bevinden zich diep in de buik van Hr. Ms. Rotterdam mariniers met de nieuwe super snelle FRISC’s, landingsvaartuigen, het onbemande verkenningsvliegtuig ScanEagle en twee Cougar helikopters om de kustlijn haarscherp in de gaten te houden en waar nodig is in te grijpen.

Hoewel het goed gaat met het bestrijden van de piraterij, is het einde nog niet in zicht. “Onze economie is een wereldeconomie. We zijn afhankelijk van grondstoffen, productie en afzetmarkten over heel de wereld. Dat de antipiraterijmissie succes heeft is mooi, maar als we nu omdraaien zijn de piraten weer op volle kracht aanwezig. Daarom is het voor Nederland zo belangrijk om aan deze missie mee te doen.”

Ocean Shield
De Hr. Ms. Rotterdam patrouilleert op het ogenblik voor de kust van Somalië. Het 166 meter lange Landing Platform Dock (LPD) is sinds 4 augustus het vlaggenschip van de NAVO-antipiraterijmissie Ocean Shield. De missie staat onder leiding van de Nederlandse commandeur Ben Bekkering met een internationale staf van 24 mensen uit zeven landen. Op het schip bevinden zich ruim 350 bemanningsleden van vooral marine, maar ook van landmacht, luchtmacht en marechaussee.

Doel van de missie is het aanpakken van piraterijactiviteiten, het patrouilleren in de Golf van Aden, het beveiligen van schepen en het aanhalen van de banden met internationale partners. Ondanks het afnemen van piraterij, zijn er nog steeds zeven schepen gekaapt en worden er rond de 177 mensen gegijzeld.

(Defensiekrant, 16 augustus 2012)
Foto's: ministerie van Defensie

SP wil 1,6 miljard extra bezuinigen op defensie

Het staat niet met zoveel woorden in het verkiezingsprogramma, maar ook de SP wil fors snijden in het defensiebudget. Gisterenavond maakte defensiewoordvoerder Harry van Bommel in het programma Nieuwsuur bekend dat het gaat om 1,6 miljard euro, ruim meer dan de 1 miljard die de PvdA en GroenLinks willen bezuinigen op de krijgsmacht.

"Wij zijn voor het verder bezuinigen op defensie", zei Van Bommel in Nieuwsuur. "Minister Hillen heeft al een behoorlijke slag gemaakt, maar we zouden het erg op prijs stellen als hij ook zou stoppen met de Joint Strike Fighter en verder zou bezuinigen op de krijgsmacht."

"Nederland moet niet overal aan mee willen doen", vervolgde Van Bommel. "en zeker niet aan zinloze missies als die in Afghanistan." "Wij vinden verdere bezuinigingen een belangrijk punt, het is onderdeel van ons verkiezingsprogramma, (...) we boeken daar een mooi bedrag voor in, 1,6 miljard"

Eerder had de PvdA al bekend gemaakt dat de partij 1 miljard wil bezuinigen. GroenLinks noemde hetzelfde bedrag in Nieuwsuur.

De volledige uitzending kunt u onderstaand terugzien; daarin ook een uitgebreide toelichting van minister Hans Hillen. Link naar het item: http://nieuwsuur.nl/video/409336-kiezer-wil-bezuinigen-op-defensie.html





(Defensie weblog, 22 augustus 2012)

dinsdag 21 augustus 2012

Onderzoek naar uitstapkosten JSF-project

De Algemene Rekenkamer heeft op dinsdag 21 augustus 2012 besloten onderzoek uit te voeren naar de kosten voor Nederland van het stoppen van deelname aan het militaire ontwikkelingsproject Joint Strike Fighter (JSF) van de Amerikaanse vliegtuigbouwer Lockheed Martin.

De minister van Defensie heeft de Algemene Rekenkamer om dit onderzoek verzocht. Aanleiding voor dit verzoek is de uitkomst van een debat in de Tweede Kamer op 5 juli j.l. waarbij een Kamermeerderheid voor een motie heeft gestemd waarin de regering verzocht wordt alle noodzakelijke stappen te nemen om uit het JSF-project te stappen. De minister vraagt de Algemene Rekenkamer nu om de kosten in kaart te brengen, in afwachting van mogelijke vervolgstappen.

1ste Nederlandse F-35 testtoestel (foto: min. van Defensie)

Nederland heeft sinds 2002 diverse samenwerkingsafspraken met de Amerikanen gemaakt over de ontwikkeling van dit nieuwe jachtvliegtuig (ook wel F-35 genoemd), ook in financiële zin.

De Algemene Rekenkamer verwacht op 25 oktober a.s. het rapport te kunnen publiceren waarin ingegaan wordt op de al gedane uitgaven en aangegane verplichtingen door Nederland voor dit militaire doel. Ook de kosten die Nederland nog moet maken en de varianten die hierbij een rol spelen om de huidige F-16-jachtvliegtuigen van de Koninklijke Luchtmacht te vervangen worden in dit onderzoek betrokken. De financiële gevolgen van het uitstappen uit het test- en ontwikkelingsprogramma voor de JSF en het opzeggen van alle samenwerkingsovereenkomsten zullen worden belicht. Ook de gevolgen voor het langer doorvliegen met de huidige F-16-toestellen zal worden beschreven.

In het laatste monitorrapport over de JSF van 3 april j.l. heeft de Algemene Rekenkamer al gewezen op de relatie tussen ontwikkelingen met de JSF en de huidige luchtvloot.

De Algemene Rekenkamer monitort al geruime tijd de ontwikkelingen rond de grootste investering van de Nederlandse krijgsmacht - het vervangen van de F-16’s - en rapporteert sinds 2005 daar jaarlijks over aan de Tweede Kamer en de minister van Defensie. In februari 2009 heeft de Algemene Rekenkamer bij de minister van Defensie aangedrongen op het informeren van het parlement over eventuele uitstapkosten vanwege het JSF-project. Toen heeft de Algemene Rekenkamer een eerste berekening gepubliceerd over de mogelijke uitstapkosten.

De gevolgen voor de werkgelegenheid in Nederland worden niet betrokken in het nieuwe Rekenkameronderzoek. Hiervoor zal de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie een apart onderzoek door een andere organisatie laten maken.

Meer informatie over vervanging F-16 en betrokkenheid van Nederland bij het project JSF is te vinden in het webdossier.

(Algemene Rekenkamer, 21 augustus 2012)

President Obama over chemische en biologische wapens Syrië

"I have, at this point, not ordered military engagement in the situation.  But the point that you made about chemical and biological weapons is critical.  That’s an issue that doesn’t just concern Syria; it concerns our close allies in the region, including Israel.  It concerns us.  We cannot have a situation where chemical or biological weapons are falling into the hands of the wrong people.

We have been very clear to the Assad regime, but also to other players on the ground, that a red line for us is we start seeing a whole bunch of chemical weapons moving around or being utilized.  That would change my calculus.  That would change my equation.

Q    So you're confident it’s somehow under -- it's safe?

THE PRESIDENT:  In a situation this volatile, I wouldn’t say that I am absolutely confident.  What I’m saying is we’re monitoring that situation very carefully.  We have put together a range of contingency plans.  We have communicated in no uncertain terms with every player in the region that that’s a red line for us and that there would be enormous consequences if we start seeing movement on the chemical weapons front or the use of chemical weapons.  That would change my calculations significantly."

(whitehouse.gov, remarks to the White House Press Corps, 20 augustus 2012)

maandag 20 augustus 2012

Treffen van Chinees en NAVO-vlaggenschip





In de strijd tegen piraterij hebben de NAVO en China elkaar gisteren getroffen in de Golf van Aden. Aan boord van Hr. Ms. Rotterdam, het vlaggenschip voor de antipiraterij-missie Ocean Shield, ontving eskadercommandant Ben Bekkering zijn Chinese ambtgenoot Zhou Xuming.

De NAVO en EU werken voor de kust van Somalië samen met onder meer een Chinese task force. China hecht ook grote waarde aan een ongestoorde goederenstroom langs de Hoorn van Afrika. De marine van het Aziatische land escorteerde sinds 2008 ruim 4.500 schepen door de Somalische wateren.  De inzet tussen de internationale partners wordt op verschillende wijzen gecoördineerd. Daarin passen dit soort ontmoetingen op zee, waarbij delegaties de laatste ontwikkelingen bespreken.

Onderzeeboot
Als eind deze maand de moesson gaat liggen en piraterijactiviteiten waarschijnlijk toenemen, krijgt het NAVO-vlootverband versterking. De Nederlandse onderzeeboot Hr. Ms. Bruinvis gaat naar Afrika, evenals 2 Amerikaanse fregatten en een fregat en patrouillevliegtuig van de Deense krijgsmacht.

(ministerie van Defensie, 20 augustus 2012)

Zie ook: Ontmoeting NAVO en China op zee

vrijdag 17 augustus 2012

VN: Puntland opnieuw centrum Somalische piraten

Annex 4.4.: Movement of piracy proceeds offshore (STRICTLY CONFIDENTIAL)*



Bovenstaande lege (want strikt vertrouwelijke) bijlage moet een van de meest interessante delen zijn van het nieuwste VN-rapport over Somalië. Het zal antwoord geven op de vraag: "waarheen (buiten Somalië zelf) gaat het losgeld dat voor gekaapte schepen en bemanningen is betaald?"

Dat de VN deze informatie onder de pet houdt is niet zo vreemd. Het gaat immers om lopend onderzoek, en het is niet zo slim om betrokken partijen publiekelijk inzicht te geven over de informatiepositie van de VN.

Nederland speelt bij dit onderzoek ook een rol. Het kabinet zegde begin dit jaar twee experts en 300.000 euro toe aan een op de Seychellen in te richten Regional Anti-Piracy Prosecutions and Intelligence Coordination Centre (RAPPICC), zie Kamerbrief . Met de bouw van een kantoor voor deze nieuwe instantie is eerder deze maand begonnen, meldt het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken.

Piraterij is overigens maar één onderdeel van het nieuwste Report of the Monitoring Group on Somalia and Eritrea pursuant to Security Council resolution 2002 (2011). De Monitoring Group doet er de volgende aanbevelingen aan de Veiligheidsraad in:

116. The Monitoring Group recommends that:

(a) The Committee should proceed without further delay to designate known pirates and their associates identified by the Monitoring Group or Member States for targeted measures;

(b) The Security Council should consider the possibility of establishing a specialized investigative group of experts with a mandate to collect information, gather evidence and record testimonies relating to acts of Somali piracy, including and especially the identification of pirate leaders, financiers, negotiators, facilitators, support networks and beneficiaries;

(c) The Security Council should consider making explicit reference, in its next resolutions on Somalia and piracy, to the Monitoring Group’s responsibility of investigating and identifying key individuals responsible for acts of piracy off the coast of Somalia, as well as the movement and investment of piracy proceeds, and call upon Governments, international organizations and national law enforcement agencies to exchange evidence and information with a view to the arrest and the prosecution of senior pirate leaders and their associates, or to their designation for targeted measures;

(d) The Security Council should consider options for the establishment of an international regulatory authority that regulates, monitors and inspects the activities of private maritime security companies operating floating armouries and providing armed protection to vessels in international waters.

Aanbeveling (d) is extra interessant voor Nederland, gelet op de levendige discussie tussen overheid en reders over de inzet van particuliere gewapende beveiligers op schepen die de Nederlandse vlag voeren. Volgens de reders is dat schering en inslag, maar het is op basis van de Nederlandse wetgeving verboden. De VN Monitoring Group pleit voor een internationaal toezichtsorgaan dat de activiteiten van gewapende beveiligers moet gaan reguleren en controleren.

III. Violations of the general and complete arms embargo
(...)

C. Private maritime security companies/floating armouries

72. The unmonitored and largely unregulated activities of private maritime security companies off the coast of Somalia, offering armed protection to ships and crews traversing the high-risk area, may represent a potential new channel for the flow of arms and ammunition into Somalia and the region.

73. During the course of the mandate of the Monitoring Group, this highly profitable business has expanded beyond the provision of armed escorts to the leasing of arms, ammunition and security equipment, and the establishment of “floating armouries” that operate in international waters beyond the remit of any effective international regulatory authority. Private maritime security companies are currently holding approximately 7,000 weapons in circulation, which are either owned or leased.

74. The absence of control and inspection of armed activities inevitably creates opportunities for illegality and abuse, and increases the risk that the maritime security industry will be exploited by unscrupulous and criminal actors, eventually coming to represent a threat to regional peace and security, rather than part of the solution. A detailed analysis of private maritime security companies and floating armouries can be found in annex 5.4.


In bijlage 4 van het rapport noemt de VN-Monitoring Group de belangrijkste trends op het gebied van de piraterij (voor de vele voetnoten en case studies, zie het originele rapport). Wat onder andere opvalt is de onverholen kritiek van de VN op de autoriteiten van het noord-oostelijke gebied Puntland (spreek uit: Boentland). De kleine jongens in de piraterij worden (met royale financiële ondersteuning van donorlanden) wel aangepakt en opgesloten. Tegelijkertijd opereren in Puntland de grote jongens van de piraterijbusiness ongestraft; kloppen de statistieken van de autoriteiten van geen kant, en weigert Puntland tot nu toe zelfs een onderzoek van de VN ter plaatse.

Volgens de Monitoring Group is Puntland sinds begin 2011 weer het belangrijkste centrum van de piraten geworden. Met name het (zee)gebied rond het oostelijk gelegen Garacad wordt wat dit betreft genoemd.

Kritiek is er ook op landen die weinig tot niets doen aan de vervolging van piraten. Het rapport noemt o.a. Griekenland en de Verenigde Arabische Emiraten.

Annex 4.1.: Piracy overview: trends, judicial challenges and impunity

Overview

1. The year 2011 witnessed some positive developments in the battle against Somali piracy. Pirate activity increased, but the proportion of successful attacks dropped dramatically. Early 2012, however, saw a steep decline of around 50 per cent in both attack rates (43 versus 97) and successful hijackings (9 versus 16).

2. Nevertheless, Somali piracy continues to represent a significant threat to international shipping. Somalia’s two main pirate groups, the Puntland Piracy Network (PPN) and the Hobyo-Harardheere Piracy Network (HHPN), both remain active, well-organized and continue to operate from their usual anchorages,3 chiefly Harardheere (HHPN), Garacad (PPN), and a pirate camp some 17 nautical miles north of Bandar Beyla (PPN). From these and other, smaller bases, the pirates range across an immense area comprising the southern Red Sea, Gulf of Aden, Indian Ocean (east and south of Somalia down to the north of Mozambique), Arabian Sea and Gulf of Oman. Decreased success rates have been matched by increasingly protracted ransom negotiations, longer periods of captivity for hijacked crews and escalating ransom payments.

3. On 23 March 2012 the Council of the European Union extended the area of operations of the EU Naval Force (EU NAVFOR) counter-piracy mission, Operation Atalanta, to include Somali coastal territory and internal waters, in order to attack pirate camps and logistical bases. A first attack with maritime aircraft and attack helicopters was reportedly carried out in the early hours of 15 May 2012 along Somalia’s coastline in the central region of Gaalmudug. The Monitoring Group believes that this new military strategy has the potential to degrade pirate finances and morale, but its success will depend heavily on the frequency and effectiveness of the attacks, and could be counterproductive if it entails significant civilian casualties. On the other hand, Somali pirates have proven extremely adaptive, and will almost certainly take steps to disperse weapons and equipment, and to rethink their own tactics. One option available to them may be heavier weaponry to defend themselves against future attacks, and in the belief that foreign governments are not prepared to accept casualties in the conduct of counter-piracy missions. Another risk is the possibility of closer cooperation between pirates and Al-Shabaab militias in areas such as Harardheere, where many fighters in both groups are drawn from the same clans. An escalation in violence might also impact upon pirate negotiating demands and the treatment of hostages: a day after the airborne attack on 15 May, for example, Harardheere pirates threatened to kill European hostages in the event of any future attack against them.

Tactics, Techniques, Weapons and Equipment