De nieuw te bouwen marinierskazerne in Vlissingen wordt volgens de planning in 2017 in gebruik genomen en gaat Michiel Adriaanszoon de Ruyterkazerne heten. De huidige Van Braam Houckgeestkazerne in Doorn en het ook gebruikte Logistiek Complex Maartensdijk worden afgestoten en verkocht.
De huidige kazerne is al enige jaren toe aan een grootschalige en kostbare renovatie. Daarnaast kampt de kazerne met onoplosbaar ruimtegebrek. Dus ook na een renovatie moet een deel van het materieel op een andere locatie worden opgeslagen. Zodoende is Defensie op zoek gegaan naar alternatieve huisvesting voor het Korps Mariniers. Nadat de toenmalige luchtmachtbasis De Peel en de Nassau Dietzkazerne in Budel afvielen als alternatief kwam Zeeland in beeld.
De exploitatielasten van de nieuw te bouwen kazerne zijn beduidend lager dan die van een gerenoveerde Van Braam Houckgeestkazerne. Het financiĆ«le voordeel loopt op tot structureel € 2,7 miljoen per jaar vanaf 2026. Daarnaast vormt de komst van de kazerne een belangrijke economische en demografische impuls voor het krimpgebied dat Zeeland is.
Voldoende ruimte
De nieuwe kazerne op de locatie Buitenhaven komt naast de bestaande marinekazerne. Met 70 hectare is hier meer dan voldoende ruimte beschikbaar om het volledige Mariniers Trainingscommando en de mariniersbataljons, inclusief ondersteuning, opslag en stalling, te huisvesten. Een ander groot voordeel is dat de mariniers hun specialiteit, amfibisch optreden, in de nabijheid van de nieuwe kazerne kunnen beoefenen.
Schietbanen
Er komen woon- en werkfaciliteiten voor 1.788 personeelsleden en onderhoudscapaciteit voor wapens, verbindingsmiddelen en voertuigen. Ook komen er 2 schermenschietbanen, van 300 en van 25 meter en een klein kaliber wapensimulator.
De nieuwe kazerne is vernoemd naar de legendarische Hollandse admiraal en grondlegger van het korps zeesoldaten. De in Vlissingen geboren De Ruyter besloot in 1665, samen met raadspensionaris Johan de Witt, tot de oprichting van het korps.
Behoeftestelling Marinierskazerne Zeeland
(ministerie van Defensie, 31 augustus 2012)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten