vrijdag 15 mei 2015

Column Commandant Landstrijdkrachten

De Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) adviseert de regering over de internationale (veiligheids)situatie. Het is een zeer gerespecteerd en onafhankelijk adviesorgaan. Het meest recente rapport gaat over Defensie. De inhoud is zonneklaar: er moet snel veel meer geld naar Defensie. In de Volkskrant van 30 april vat AIV-vicevoorzitter, professor Alfred van Staden, het treffend samen. Ik gebruik 3 van zijn citaten.

‘De instabiele situatie rond Europa vraagt om een sterkere krijgsmacht.’ In het oosten zien we de macht van Rusland en het gebruik daarvan. Dit gaat gepaard met een omvangrijke herbewapening, met de T-14 tank als boegbeeld. Een wapen waar wij op de grond met de huidige middelen heel weinig tegen kunnen uitrichten. In het zuiden zien we de onrust en instabiliteit om zich heen grijpen. Kortetermijnoplossingen zijn niet effectief gebleken, alleen een langdurige en omvangrijke campagne, waarbij militaire effecten de civiele plannen ondersteunen, kan het probleem bij de bron aanpakken. Tenslotte is Nederland niet uitgesloten als gevechtsveld. We worden al aangevallen in het cyberdomein, fysieke aanslagen op onze veiligheid zijn niet ondenkbaar. Kijk maar om ons heen. Nederland kan niet afzijdig blijven van deze ontwikkelingen. Voor onze eigen veiligheid en geloofwaardigheid zullen we een bruikbare krijgsmacht moeten hebben. Dat vergt reparatie, veel reparatie.

‘Bij een conflict met Rusland kom je tegenover zware pantsereenheden te staan.’ Tot nu toe hebben we bij inzet in relatieve operationele luxe verkeerd. We hadden vaak een groot conventioneel overwicht over de tegenstander, met de luxe van veel ondersteuning vanuit de lucht. Dat is niet altijd het geval, die luxe is helemaal niet vanzelfsprekend. In een grootschalig conflict heeft de luchtmacht haar handen vol aan het beheersen van het luchtruim. Daar moet je de modernste spullen voor hebben, en terecht. Maar ze zullen ons dus wel veel minder kunnen ondersteunen. Wij zijn, veel meer dan de laatste jaren, op onszelf aangewezen. Dat betekent dat onze slagkracht omhoog moet, en snel.

‘De landmacht is bijzonder kwetsbaar geworden.’ Inderdaad. Zowel qua omvang als arsenaal zijn we ‘kwetsbaar’. Onze mannen en vrouwen compenseren ongelofelijk veel, maar de grenzen daarvan zijn zichtbaar en soms zelfs overschreden. Niet alleen is het vet van de botten, we zijn botten kwijt. Dat is gevaarlijk. Niet alleen omdat ik een groen hart heb, maar vooral omdat Nederland ons zeer waarschijnlijk nog hard nodig heeft. Binnen en buiten onze grenzen. Duurzame vrede en vrijheid bereik je alleen door het te brengen naar de plek waar het conflict heerst. Je kunt symptomen op afstand bestrijden, maar uiteindelijk moet je tussen de mensen staan. Want conflicten gaan tussen mensen en worden daar ook opgelost.

De AIV is niet de enige die deze constatering doet. Alle ‘denktanks’ in de wereld volgen min of meer dezelfde lijn. In Duitsland en Frankrijk groeit het Defensiebudget. Wat gaat Nederland doen? Ik weet het niet, maar in de voorstelling ‘Soldaat van Oranje’ wordt een deel van het antwoord gegeven. Luister maar naar de tekst van het lied ‘Als de wereld in brand staat, wie blust dan het vuur?’ Ik kan wel verraden: niet de brandweer…..

Luitenant-generaal Mart de Kruif

Commandant Landstrijdkrachten

(Bron)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten