Een team van 25 mijnenbestrijders wordt door de Koninklijke Marine naar de Golf van Perzië gestuurd voor een grootschalige oefening.
Amerika heeft twintig bondgenoten opgeroepen schepen en specialisten te leveren voor de training die half september begint in de Straat van Hormuz. Nederland levert geen schip, maar een groep van gespecialiseerde mijnenbestrijders. Naast zeven marinemensen die mede de staf van de oefening gaan vormen, worden twee duikpelotons van Defensie naar de Golf gestuurd. Zij nemen het nieuwste van het nieuwste aan apparatuur mee. Het gaat veelal om robotten die, op afstand bestuurd, naar mijnen zoeken.
De Verenigde Staten zijn al geruime tijd bezig met het opbouwen van een troepenmacht in de Golf van Perzië. Langs de olierijke landen van het Midden-Oosten varen elke dag supertankers. Minstens twintig procent van de oliebehoefte van de wereld wordt via de Straat van Hormuz naar raffinaderijen in het Westen gebracht. Iran heeft afgelopen jaar gedreigd deze flessenhals voor hun kust af te sluiten met mijnenvelden.
Ingewijden stellen dat de Verenigde Staten en bondgenoten zoals Nederland, hier mee demonstreren dat de dreiging is te neutraliseren, Daarom wordt de grootste mijnenbestrijdingsoefening ooit, pal voor de kust van Iran gehouden. Overste Robin Middel van de marine gaat niet in op de politieke achtergrond. Hij bevestigt wel dat Nederland mee doet aan de training en benadrukt dat het een oefening is met het oog op het veiligstellen van handelsroutes: ,,Negentig procent van de wereldhandel verloopt via zee. Nederland staat voor open zeeën. Daarom doen we mee."
(Noordhollands Dagblad, 15 augustus 2012)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten